Mens centraal ,,Deze nieuwe regelgeving vanuit het Rijk maakt het soms lastig voor ons, maar ik zie ook kansen'', aldus locatiemanager Thea Dijkstra (44) van Brugchelencamp. ,,We moeten kijken hoe we elkaar in de gemeenschap kunnen aanvullen. Daarbij moet de mens centraal staan. Wat kunnen ze nog wel en wat kunnen ze niet meer zelf doen. En hoe kunnen anderen hen ondersteunen. Het is belangrijk om aan te sluiten bij netwerken die er al zijn, zoals het Steunpunt Mantelzorg Dokkumer-Wâlden en de zogenaamde Meitinkers, die hét aanspreekpunt zijn voor alle dorps- en wijkbewoners. We moeten gebruik maken van elkaars kwaliteiten en talenten.'' Zorgarrangementen In tegenstelling tot veel andere verzorgingshuizen, heeft Brugchelencamp nog niet met leegstand te maken. Dijkstra: ,,Maar door de bezuinigingen van het Rijk moeten we hier wel rekening mee houden. Stel dat mensen hier graag willen wonen vanwege de veiligheid of vanuit sociaal oogpunt, maar ze komen hier niet voor in aanmerking. Dan moeten we kijken wat we hen wél kunnen bieden. Daarvoor ontwikkelen we nu zorgarrangementen. Mensen kunnen dan bijvoorbeeld kamers huren in het gebouw en gebruik maken van het eten en de zorg van Brugchelencamp. Het is natuurlijk het mooiste dat mensen zo lang mogelijk thuis kunnen wonen. Maar als ze hier eenmaal zijn, knappen ze vaak zo op. Het is hier een dorp op zich.'' Toekomst Thea Dijkstra ziet de toekomst van Brugchelencamp zonnig tegemoet. ,,Het blijft bestaan, al is het in een andere vorm. We moeten als bedrijf inspelen op de vraag van de moderne ouderen waar we straks mee te maken krijgen. Daarbij is het te allen tijde belangrijk de persoon los te koppelen van het ziektebeeld. Als iemand dement of ziek is, is het nog wel steeds dezelfde persoon. Dat vinden we hier bij Brugchelencamp heel belangrijk. Het gaat niet alleen om een natje en droogje. Het gaat om wie je bent. Kijk naar de mens en niet naar het medische model. Binnen de begroting die we hebben, kiezen we hier voor welzijn. Zo wandelen we nog met mensen buiten. Soms zijn de mogelijkheden beperkt. Maar een klein stapje kan al heel groot zijn.'' Betrokkenheid Mensen willen nog steeds graag in Brugchelencamp wonen. Dat is ook typerend voor De Westereenders, ze willen graag in hun eigen dorp blijven. Negentig procent van de bewoners heeft de roots in De Westereen. Het verzorgingshuis staat bekend om zijn gezelligheid en gastvrijheid. Zo hebben ook verenigingen als de biljartclub en Seniorweb een plekje binnen het gebouw. Die betrokkenheid is vanaf het begin al zo geweest, zo weet oud-directeur Cor Sijbesma. ,,Ik ben in 1977 begonnen in Brugchelencamp en kreeg van het bestuur te horen dat dit huis niet alleen maar voor de bewoners is, maar ook voor alle ouderen in het dorp. Ik kreeg de opdracht om dat uit te bouwen.'' Expositie Elkaar helpen, dat zit volgens Jan Bergsma (73) van vroeger uit in De Westereenders. ,, Vaak zijn de Westereenders eerst even afstandelijk, maar als je om hulp vraagt is niets hen teveel'', aldus Bergsma. Hij verzorgde in het kader van het 40-jarig jubileum een expositie in Brugchelencamp met vijftig oude foto's van De Westereen. Zo hangen er in de verschillende gangen allemaal afbeeldingen van beroepen van vroeger van oud- Westereenders, maar ook groepsfoto's van de muziekverenigingen Ons Genoegen, Harmonia, aardappelzoekers, vlastrekkers, de voetbalvereniging, regenkledingindustrie RIA en kledingatelier Baarsma. Ook een foto van ‘keaplju onderweg' waar De Westereen vooral bekend om staat ontbreekt niet. ,,Voor de bewoners van het verzorgingstehuis zijn deze foto's heel bijzonder. Er gaat weer een wereld van herkenning voor hun open en je maakt er interessante verhalen mee los. ,,Ik vind het een grote eer dat ik hiervoor gevraagd ben. Mijn liefde voor De Westereen kan ik er helemaal in kwijt.'' Tekst: Klasina van der Werf. Bron: Nieuwsblad Noordoost-Friesland, maandag 28 april.